Luchtrecyclage en gecontroleerde mechanische ventilatie met warmterecuperatie

In vergelijking met andere Europese landen liggen de verplichte ventilatiedebieten in België redelijk hoog.

Volgens de Belgische normen mag een deel van de lucht in een gebouw 'gerecycleerd worden'. Dat betekent dat er lucht uit een ruimte mag gezogen worden om die vervolgens in een andere ruimte te blazen.

Maar welke lucht mogen we hergebruiken en onder welke voorwaarden? Is zo'n recyclage bovendien wel nuttig?

De norm

In de norm NBN D 50-001 staat vermeld : « het is toegelaten om een deel van de aangezogen lucht te recycleren. De gerecycleerde lucht mag alleen uit slaap- of studeerkamers, gangen, traphallen en de inkom van eenzelfde woning komen. Recyclage van het type D is dus slechts mogelijk als de lucht mechanisch aangezogen wordt uit één of meerdere ruimtes zoals die hierboven vermeld »

De norm bepaalt dus voor woningen dat de toegevoerde lucht in de kamers vers moet zijn. In een woonkamer mag de toevoer echter uit gerecycleerde lucht bestaan, dus lucht uit andere ruimten die in de norm vastgelegd werden, zoals kamers en overgangsruimten (bijvoorbeeld de nachthal).

Waarom is lucht recycleren nuttig?

Er zijn meerdere argumenten die pleiten voor recyclageventilatie:

  • De toevoer van verse lucht en de afvoer van vervuilde lucht kunnen beperkt worden. Hoewel de groep de warmte in de vervuilde lucht grotendeels hergebruikt, is er toch altijd een klein verlies. Dat verlies kan beter worden beperkt
  • Hoe kleiner het luchtdebiet doorheen de warmtewisselaar is, hoe meer er hergebruikt kan worden (met een beperkte doorstroomsnelheid blijft er weinig tijd over om de warmte af te geven)
  • Hoe minder verse lucht er binnenkomt in de woning en hoe meer deze lucht al voorverwarmd is (door de warmtewisselaar), hoe minder de verwarming in het huis moet werken om de lucht op te warmen tot de gewenste kamertemperatuur
  • In de winter is het mogelijk om de relatieve vochtigheid op een gezond niveau te houden dankzij recyclage (zie verder)
  • De installatiekosten zijn over het algemeen beperkt (een kleinere GMV met dubbele stroom en recyclage kost minder dan een grotere GMV-groep)
  • Het elektriciteitsverbruik zal ook lager zijn (2 groepen met een lage snelheid verbruiken minder dan één groep met een grote snelheid)

Deze voordelen wegen ongetwijfeld op tegen de nadelen:

  • Het kokersysteem is iets ingewikkelder (over het algemeen is er een twaalftal meter meer kokers)
  • U moet in een of twee afvoermonden méér voorzien
  • De voorgaande punten verklaren dus de iets langere montageduur

Hoeveel lucht mag gerecycleerd worden?

De norm bepaalt (voor zover wij weten) niet wat het maximale debiet is voor luchtrecyclage. Toch moet dit debiet lager blijven dan dat van de verse luchttoevoer en moet het zich beperken tot de 'leefruimten' (woonkamer, eetkamer, televisieruimte, enzovoort).

Het spreekt voor zich dat het luchtvolume dat uit een ruimte gezogen wordt niet hoger mag zijn dan het volume van de verse lucht dat toegevoerd wordt in diezelfde ruimte (als er 50 m3/u verse luchttoevoer is in een slaapkamer, kan men geen 60 m3/u afvoeren). De ruimte in kwestie bevindt zich dus in een toestand van lichte overdruk en zo kan een beetje lucht door de hal stromen (onder de deur). Op die manier wordt vermeden dat lucht van een slechtere kwaliteit (geuren, vochtigheid) zou binnenkomen in de kamer.

CODUME vindt het noodzakelijk om in een minimale toevoer van verse lucht te voorzien in een kamer, met name 25 à 30 m3 per uur en per persoon. Die toevoer garandeert namelijk een onberispelijke luchtkwaliteit in een huis met een 'normale' bezetting.

Meestal vertoeven bewoners ofwel in de slaapkamer (of een andere ruimte waar verse luchttoevoer vereist is) ofwel in een leefruimte (woonkamer, eetkamer, televisieruimte, enzovoort). In het eerste geval geniet de persoon in de kamer onmiddellijk verse luchttoevoer. In het tweede geval wordt de lucht voortdurend doorgevoerd in een niet-bezette ruimte en blijft de kwaliteit ervan dus praktisch dezelfde als bij het begin. Er bestaat geen risico op 'vervuilde' lucht. Desondanks kan er in een bijkomende behandeling voorzien worden (klassieke filter, filtering door fotokatalyse, verwarmingselement, enzovoort)

En conclusion, gedeeltelijke recyclage van de luchttoevoer in woningen leidt onmiskenbaar tot meer welzijn, biedt de mogelijkheid om de volledige warmte te recupereren en kost hoogstwaarschijnlijk minder dan een dubbele groep met warmterecuperatie en een hoog debiet (goedkoper qua aankoopprijs en onderhoudskosten).

Gerecycleerde lucht kan in de woonkamer gebruikt worden maar kan evenwel in een vochtige ruimte aangevoerd worden, zoals in een badkamer. Misschien is dat wel een denkpiste voor het verwarmen van een passiefhuis?

De (gezonde) relatieve vochtigheid

Bij een bepaalde temperatuur kan de lucht een zekere hoeveelheid waterdamp bevatten voor hij verzadigd is. Zo kan lucht van 20°C bijvoorbeeld tot 17,3 g water bevatten per m3.

De relatieve vochtigheid (RV) is de verhouding tussen de massa waterdamp in één m3 lucht en de maximale hoeveelheid waterdamp die lucht kan bevatten - steeds op basis van een bepaalde temperatuur.

Als op uw hygrometer verschijnt dat de relatieve vochtigheid 50% bedraagt bij 20 °C, dan betekent dat dat de lucht 50% van 17,3 g, dus 8,65 g waterdamp bevat per m3 lucht.

Men spreekt dan van verzadigde lucht (RV = 100%, lucht van 20°C is verzadigd als hij 17,3 g waterdamp bevat) of ook van dauwpunt (de temperatuur waarbij de gegeven massa waterdamp overeenkomt met een RV van 100%, het dauwpunt van 1 m3 lucht met 17,3 g waterdamp is 20 °C).

Contenance max. en humidité

De tabel hierboven toont aan dat de massa waterdamp die opgeslagen kan worden in de lucht heel sterk afhangt van de temperatuur.

Wist u dat?

Volgens de weerkunde stemt de minimale nachttemperatuur overeen met het dauwpunt van de avondlucht - als de omstandigheden gelijk blijven. Met het dauwpunt kan ook de hoogte van wolken berekend worden (cumulus) als het verschil tussen de gemeten temperatuur en het dauwpunt vermenigvuldigd wordt met 125. Als het 30°C is en het dauwpunt is 10°C, bevindt het onderste deel van de cumuli zich ongeveer op een hoogte van (30 - 10) * 125 = 2500 m

Voor een optimaal wooncomfort moet de relatieve vochtigheid zich situeren tussen ongeveer 35 en 70%. Een relatieve vochtigheid lager dan 30% kan leiden tot irritaties van het slijmvlies en droge ogen. Een relatieve vochtigheid hoger dan 70% bevordert dan weer allerhande schimmels, wat op zijn beurt de bouwmaterialen aantast.

Praktisch voorbeeld:

De lucht die van buiten aangezogen wordt is -5°C en heeft een relatieve vochtigheid van 80%. Die lucht bevat dus 3,3 * 80% = 2,6 g/m3 waterdamp. Als de lucht opgewarmd wordt tot 20°C, bedraagt de relatieve vochtigheid slechts 2,6/17,3 = 15%, wat te laag is.

De vochtigheid daalt dus niet door de ventilatie zelf maar gewoon door de opwarming van de lucht.

Lucht die op een natuurlijke manier langs het open raam binnenkomt (type A) of langs het kozijn (type C) ondergaat hetzelfde lot.

GMV leidt dus niet tot het uitdrogen van de woning. Het enige wat ventilatoren doen, is de lucht 'vervoeren'.

Het klopt dat een klassiek huis als een spons werkt want het kan in zekere mate water absorberen, opslaan en/of vrijgeven. Dat gaat echter niet op voor bepaalde soorten nieuwere huizen (bijvoorbeeld met houten skelet) waarbij de relatieve vochtigheid een pak sneller verandert. Aan die problematiek moet dus een bijzondere aandacht besteed worden.

Condensatie

Als het dauwpunt bereikt is, geeft de lucht het 'teveel' aan water vrij. Dat gebeurt weliswaar op de koelste plaatsen (warmtebruggen), langs de 'warme' zijde van het contact.
Zo ontstaat er condens aan de buitenkant van een niet-geïsoleerde koker die koude lucht vervoert doorheen een verwarmde ruimte. Met een degelijke isolatie kan condensatie vermeden worden.

Voorbeeld:

Een ventilatiegroep met dubbele stroom werd geïnstalleerd in de wasplaats. 's Winters is de verse lucht een pak kouder dan de omgevingslucht in de wasplaats. Het is dus noodzakelijk om de luchttoevoerleiding te isoleren. Maar opgelet: aangezien de vervuilde lucht in de ruimte de binnenkomende lucht verwarmt, is de uitgestoten lucht buiten bijna even koud als de verse lucht die binnenkomt. De koker moet dus ook hier goed geïsoleerd worden.

Opgelet

Lucht is een mengeling van verschillende gassen en andere vluchtige elementen. Hierdoor is het mogelijk dat lucht condenseert bij een relatieve vochtigheid die lager ligt dan 100%.